CSW68 Pitch: Vergroot de zichtbaarheid van armoede door het verzamelen, analyseren en rapporteren van kwalitatief hoogstaande gender-uitgesplitste en intersectionele representatieve data
Tijdens de CSW ngo briefing op 22 januari 2024 werd er gepitcht aan de Nederlandse CSW68 delegatie met aanbevelingen vanuit het maatschappelijk middenveld. Zij hadden een duidelijke boodschap: betrek ons en luister naar de inzichten van mensen die in armoede leven om effectiever naar het doel van gelijke rechten te werken.
Paula Thijs, senior onderzoeker en projectleider bij Atria, spreekt zich uit over het belang van het vergroten van de zichtbaarheid van armoede door het verzamelen, analyseren en rapporteren van kwalitatief hoogstaande gender-uitgesplitste en intersectionele representatieve data.
“Vergroot de zichtbaarheid van armoede door het verzamelen, analyseren en rapporteren van kwalitatief hoogstaande gender-uitgesplitste en intersectionele representatieve data.
Vorige week verscheen een onderzoek van economen van de Universiteit van Leiden in opdracht van FNV, dat grote kanttekeningen plaatst bij eerdere bevindingen dat de inkomensongelijkheid in Nederland sinds 1990 relatief stabiel is. Waar in onderzoek vaak naar gemiddelden op het niveau van huishoudens wordt gekeken, kijkt dit onderzoek ook naar het persoonsniveau en maakt het uitsplitsingen naar mannen en vrouwen. En wat blijkt? De relatief stabiele ongelijkheid in huishoudinkomens in Nederland is grotendeels te danken aan de toegenomen arbeidsparticipatie van vrouwen. Dit voorbeeld laat duidelijk het belang van uitgesplitste data zien.
Veel van de huidige manieren van dataverzameling en analyse maskeren de werkelijke omvang van armoede en ongelijkheid. Zo wordt huidige data vaak verzameld op het niveau van huishoudens. Daarmee worden alle leden van dat huishouden berekend op hetzelfde armoedeniveau. Dit gaat voorbij aan ongelijkheden binnen huishoudens, terwijl we weten dat o.a. vrouwen, kinderen, mensen met een beperking en ouderen binnen huishoudens vaak minder toegang tot hulpbronnen hebben. En ook als data wel op het niveau van individuen wordt verzameld, dan wordt deze vaak niet verder uitgesplitst naar gender en andere relevante kenmerken zoals ras of etniciteit, laat staan de intersecties tussen deze kenmerken, waardoor er geen recht kan worden gedaan aan de diversiteit binnen en tussen groepen. Ook zijn data vaak niet representatief voor bepaalde groepen, zoals mensen in armoede, mensen met een handicap, mensen van kleur, migranten, vluchtelingen, LHBTI-ers enzovoorts.
Zonder representatieve, uitgesplitste en intersectionele data op het individuele niveau kunnen er geen effectief en gendersensitief evidence-based beleid en interventies ontworpen worden, uitgevoerd en geëvalueerd worden voor het uitroeien van armoede en het tegengaan van genderongelijkheid, omdat de specifieke ervaringen, behoeftes, belemmeringen en systematische ongelijkheden van vrouwen en meisjes in al hun diversiteit niet meegenomen worden.
Daarom is onze aanbeveling voor de CSW:
Het verzamelen, analyseren en rapporteren van kwalitatief hoogstaande, naar gender uitgesplitste, gedisaggregeerde en intersectionele data over armoede en ongelijkheid, met waarborging van privacy en mensenrechten;
en ervoor te zorgen dat supranationale, internationale en nationale organisaties en lidstaten samenwerken om gestandaardiseerde methodes (verder) te ontwikkelen en implementeren zodat er op verschillende niveaus en over de tijd data verzameld en vergeleken kan worden.“
Zie ook de algemene CSW68 aanbevelingen vanuit het Nederlands maatschappelijk middenveld aan de Nederlandse delegatie in het Nederlands en Engels.
Comments